Developing Solutions for Microsoft Azure (AZ-204)

Deze cursus leert ontwikkelaars hoe ze end-to-end oplossingen kunnen maken in Microsoft Azure. Studenten leren hoe ze Azure-rekenoplossingen kunnen implementeren, Azure Functions kunnen maken, web-apps kunnen implementeren en beheren, oplossingen kunnen ontwikkelen met behulp van Azure-opslag, verificatie en autorisatie kunnen implementeren en hun oplossingen kunnen beveiligen met behulp van KeyVault en Managed Identities. Studenten leren ook hoe ze verbinding kunnen maken met Azure-services en services van derden en deze kunnen gebruiken, en hoe ze op gebeurtenissen en berichten gebaseerde modellen in hun oplossingen kunnen opnemen. De cursus behandelt ook het bewaken, oplossen van problemen en het optimaliseren van Azure-oplossingen.

Doelgroep
Studenten in deze cursus zijn geïnteresseerd in Azure-ontwikkeling of in het behalen van het Microsoft Azure Developer Associate-certificeringsexamen.

Leerdoelen
Aan het einde van deze cursus weten studenten hoe ze Azure-oplossingen en -functies kunnen maken, gebruiken en implementeren met behulp van de Azure-mogelijkheden.

Certificering
Deze cursus helpt om je voor te bereiden op het optionele examen AZ-204 om te behalen: Microsoft Certified: Azure Developer Associate. Dit examen is niet inbegrepen in de cursusprijs

Inhoud

Module 1: Azure App Service Web Apps maken

• Studenten leren hoe ze een webapplicatie kunnen bouwen op het Azure App Service-platform. Ze leren hoe het platform werkt en hoe ze het App Service-platform kunnen maken, configureren, schalen, beveiligen en implementeren.
• Kernconcepten van Azure App Service
• Een Azure App Service Web App maken
• App Service-apps configureren en bewaken
• App Service-apps schalen
• Azure App Service-faseringsomgevingen

Module 2: Azure-functies implementeren

• Deze module behandelt het maken van Functions-apps en het integreren van triggers en inputs/outputs in de app.
• Overzicht van Azure Functions
• Azure Functions ontwikkelen
• Implementeer duurzame functies

Module 3: Oplossingen ontwikkelen die gebruikmaken van blobopslag

• Studenten leren hoe Azure Blob Storage werkt, hoe ze gegevens kunnen beheren via de levenscyclus van warme/koude/archief-blobopslag en hoe ze de Azure Blob Storage-clientbibliotheek kunnen gebruiken om gegevens en metagegevens te beheren.
• Kernconcepten van Azure Blob Storage
• De levenscyclus van Azure Blob Storage beheren
• Werken met Azure Blob Storage

Module 4: Ontwikkel oplossingen die gebruikmaken van Cosmos DB-opslag

• Studenten leren hoe Cosmos DB is gestructureerd en hoe gegevensconsistentie wordt beheerd. Studenten leren ook hoe ze Cosmos DB-accounts kunnen maken en databases, containers en items kunnen maken met behulp van een combinatie van de Azure Portal en de .NET SDK.
• Overzicht van Azure Cosmos DB
• Gegevensstructuur van Azure Cosmos DB
• Werken met Azure Cosmos DB-resources en -gegevens

Module 5: IaaS-oplossingen implementeren

• Deze module instrueert studenten over het maken van VM’s en containerinstallatiekopieën die ze in hun oplossingen kunnen gebruiken. Het omvat het maken van VM’s, het gebruik van ARM-sjablonen om de implementatie van resources te automatiseren, het maken en beheren van Docker-installatiekopieën, het publiceren van een installatiekopie naar het Azure Container Registry en het uitvoeren van een container in Azure Container Instances.
• VM’s inrichten in Azure
• ARM-sjablonen maken en implementeren
• Containerinstallatiekopieën maken voor oplossingen
• Een containerinstallatiekopie publiceren naar Azure Container Registry
• Containerinstallatiekopieën maken en uitvoeren in Azure Container Instances

Module 6: Implementeer gebruikersverificatie en -autorisatie

• Studenten leren hoe ze het Microsoft Identity Platform v2.0 kunnen gebruiken om verificatie en toegang tot resources te beheren. Studenten leren ook hoe ze de Microsoft Authentication Library en Microsoft Graph kunnen gebruiken om een gebruiker te verifiëren en informatie op te halen die is opgeslagen in Azure, en hoe en wanneer ze Shared Access Signatures kunnen gebruiken.
• Microsoft Identity Platform v2.0
• Verificatie met behulp van de Microsoft-verificatiebibliotheek
• Microsoft Graph gebruiken
• Gegevensbewerkingen autoriseren in Azure Storage

Module 7: Implementeer veilige cloudoplossingen

• In deze module wordt beschreven hoe u de informatie (sleutels, geheimen, certificaten) kunt beveiligen die een toepassing gebruikt om toegang te krijgen tot bronnen. Het omvat ook het beveiligen van informatie over de configuratie van applicaties.
• Sleutels, geheimen en certificaten beheren met behulp van de KeyVault API
• Beheerde identiteiten implementeren voor Azure-resources
• App-configuratiegegevens beveiligen met behulp van Azure App Configuration

Module 8: API-beheer implementeren

• Studenten leren hoe ze API’s kunnen publiceren, beleidsregels kunnen maken voor het beheren van informatie die via de API wordt gedeeld en hoe ze de toegang tot hun API’s kunnen beheren met behulp van de Azure API Management-service.
• Overzicht van API-beheer
• Beleidsregels voor API’s definiëren
• Beveiliging van uw API’s

Module 9: Logische apps voor App Service ontwikkelen

• In deze module leren studenten hoe ze Azure Logic Apps kunnen gebruiken om taken, bedrijfsprocessen, werkstromen en services in ondernemingen of organisaties te plannen, automatiseren en orkestreren.
• Overzicht van Azure Logic Apps
• Aangepaste connectors maken voor Logic Apps

Module 10: Ontwikkel oplossingen op basis van evenementen

• Studenten leren hoe ze applicaties kunnen bouwen met op gebeurtenissen gebaseerde architecturen.
• Implementeer oplossingen die gebruikmaken van Azure Event Grid
• Implementeer oplossingen die gebruikmaken van Azure Event Hubs
• Implementeer oplossingen die gebruikmaken van Azure Notification Hubs

Module 11: Ontwikkel oplossingen op basis van berichten

• Studenten leren hoe ze applicaties kunnen bouwen met op berichten gebaseerde architecturen.
• Implementeer oplossingen die gebruikmaken van Azure Service Bus
• Implementeer oplossingen die gebruikmaken van Azure Queue Storage-wachtrijen

Module 12: Azure-oplossingen bewaken en optimaliseren

• In deze module leren studenten hoe ze hun code voor telemetrie kunnen instrumenteren en hoe ze hun apps kunnen analyseren en problemen kunnen oplossen.
• Overzicht van monitoring in Azure
• Instrument een app voor monitoring
• Apps analyseren en problemen oplossen
• Implementeer code die tijdelijke fouten afhandelt

Module 13: Integreer caching en content delivery binnen oplossingen

• Studenten leren hoe ze verschillende caching-services kunnen gebruiken om de prestaties van hun apps te verbeteren.
• Ontwikkelen voor Azure Cache voor Redis
• Ontwikkelen voor opslag op CDN’s